De dag dat de krant niet verscheen

Dinsdag 5 november 2013

Benin: De dag dat de krant niet verscheen

Normaal gesproken neemt de opmaak vier uur in beslag, zo zei Max vrolijk. Dat was gisterochtend vroeg. De zon scheen, de meeste artikelen waren binnen en Max was gespannen, maar in een opperbest humeur. Zoiets als een renpaard, net voor de start. Max is verantwoordelijk voor de opmaak, de beeldredactie, 1 pagina over ditjes en datjes zoals wat te doen met een man die zijn vrouw verwaarloosd, het overzetten van de pagina's op kalkpapier, het transport van de kals naar de drukker, de supervisie bij de drukker en het afleveren van een gedrukte stapel kranten bij de bus, zodat ze de volgende dag in de kiosken van Cotonou te koop liggen en de abonnees in de hoofdstad hun exemplaar kunnen ontvangen. Kortom, Max had een drukke dag voor zich. Normaal gesproken. In onze rijke Westerse wereld.

Max had zich net achter het beeldscherm gezet, toen de elektriciteit uitviel. Niet alleen bij de krant, maar in heel Parakou. Dat gebeurt de laatste tijd steeds meer. Het heeft iets te maken met Togo dat de verplichtingen niet nakomt. Het betekent dat er elke dag wel een paar uur geen stroom is. Het vervelende is dat je niet weet wanneer en ook niet hoe lang de stroomstoring duurt. 

Max, de eindredacteur en ik gingen dus maar Nederlandse kranten bekijken die ik had meegenomen. Over de Posthoorn, het Haagse advertentieblad, waren ze heel enthousiast. Ik heb het dan over de vormgeving. Van het Nederlands begrijpen ze geen barst. Van NRC en Volkskrant begrepen ze niet alles. Rare illustraties, over hele pagina's, wat een verspilling van ruimte. Dat ze enthousiast zijn, mag wel. Hun krant Le Canard, bevat voor 90 procent 'hoofden' en vaak gebruiken ze in opeenvolgende edities ook dezelfde hoofden, wel zo makkelijk. Na een lokale verkiezing, telde ik maar liefst op 10 pagina's 70 hoofden. Verder kwam er geen enkele andere foto of illustratie in de krant voor. Ze weten dat die hoofden niet kunnen. Ze weten ook dat hun smoesjes om ze toch te plaatsen, geen hout snijden. h

Om 12.00 uur was er nog steeds geen stroom. Ik vroeg Alberique of ze nog wel bij de drukker terecht konden. Hij keek me aan alsof er een steekje los was bij me. 'De drukker heeft ook geen stroom, en net als wij geen generator. Veel te duur.' En dus gingen we met zijn 3en een biertje halen bij de disco waar ik zaterdag zo fijn had gedanst. Die bleek om de hoek van het kantoor te liggen. Mijn ergste vermoedens over die avond werden bevestigd toen Alberique opmerkte: 'Iedereen vond dat je geweldig danste.' 

Om half een begonnen plots wat ventilatoren te draaien en Max veerde op. Er was weer elektriciteit. Ik probeerde te betalen, maar niemand had terug van 5.000 CFA, ongeveer 10 dollar. We waren de eerste klant. 

Om vier uur had Max het grootste deel van de opmaak gedaan. De pagina's werden uitgeprint en Fred, de directeur ging corrigeren. Hij was bijna klaar, toen opnieuw de elektra uitviel. Max viel ook zo'n beetje uit. Hij zonk verslagen op een stoel. Hij wist: de krant werd vandaag niet meer gedrukt. En dat betekende dat Le Canard niet werd meegenomen in het televisieoverzicht morgen, heel belangrijk voor de naamsbekendheid. Maar ook dat de krant niet te koop zou liggen en de abonnees een dag langer op hun krant zouden moeten wachten. Allemaal niet goed voor de rentabiliteit van de krant. En dus gaan Alberique en ik vandaag maar eens verhaal halen bij de elektriciteitsmaatschappij. Het zal niet veel uithalen, maar er zit wellicht weer een verhaal in.